Microplastics in ‘s werelds meest afgelegen oceaan

Het Volvo Ocean Race Science Programme vond plastic in gebieden van de Zuidelijke Oceaan, die nooit eerder werden onderzocht. De baanbrekende data worden vandaag op 18 mei vrijgegeven tijdens de Ocean Race Ocean Summit, dat de problemen en oplossingen van de plastic crisis onderzoekt. Deze vindt plaats tijdens de Race stopover in Newport, USA.

Kaart: De monsters zijn dichtbij Point Nemo genomen, het punt op aarde dat het verste punt van land vandaan ligt. Waar de dichtstbijzijnde mensen zich in het International Space Station bevinden.

De bevindingen laten zien dat dichtbij Point Nemo tussen 9 en 26 microplastic deeltjes per kubieke meter te vinden waren. Toen de boten vlakbij Kaap Hoorn zeilden, namen de metingen toe tot 57 deeltjes per kubieke meter. Peilingen van 45 deeltjes per kubieke meter werden 452 km van Auckland gemeten. Op 1.000 km van de finish in Itajaí werden slechts 12 deeltjes per kubieke meter gevonden. Het verschil in metingen kan worden uitgelegd door de oceaanstromingen, die de microplastics lange afstanden doen afleggen.

Het hoogste niveau aan microplastic tot dusver, 357 deeltjes per kubieke meter, werd gevonden in een monster dat uit de Zuid Chinese Zee kwam, ten oosten van Taiwan. Dit gebied komt uit in de Great Pacific Ocean Gyre, de grote ringvormige zeestroom in de Stille Oceaan.

Dr. Sören Gutekunst van het GEOMAR Institute for Ocean Research Kiel, gefinancierd door het Cluster of Excellence Future Ocean, analyseerde de eerste microplastics data in het laboratorium in Kiel, Duitsland. Hij zei: “Dit zijn de allereerste gegevens ooit die de wetenschappelijke gemeenschap heeft kunnen analyseren uit een relatief ontoegankelijk deel van onze blauwe wereld.”

“Helaas maken ze zichtbaar hoe ver en wijdverspreid microplastics onze enorme oceanen hebben gepenetreerd. En dat ze nu aanwezig zijn in wateren, die tot nog toe door menig als onaangetast en ongerept werden beschouwd.”

De metingen werden verzameld tijdens de 7.600 mijl lange etappe, de langste van de Race, van Auckland naar Itajaí door zowel Turn the Tide on Plastic als team AkzoNobel.

De teams verzamelden ook andere oceanografische data, inclusief temperatuur, CO2, zoutgehalte, algen omvang dat een indicatie geeft van de mate van verzuring van de oceaan.

Anne-Cecile Turner, Sustainability Programme Leader voor de Volvo Ocean Race, voegde eraan toe: “Dergelijke informatie is extreem waardvol, omdat die de grote gaten vult in ons inzicht in hoe plastic door de jaren heen uit elkaar valt en door de oceaanstromingen naar het einde van de wereld wordt gebracht.”

“Het is tevens een grimmige herinnering aan de noodzaak om deze plastic crisis aan te pakken. Overheden, bedrijfsleven en individuen hebben allemaal een rol te vervullen in het oplossen van het probleem.”

Point Nemo is zo ver van land vandaan, dat de dichtstbijzijnde mensen vaak astronauten in het International Space Station zijn. Dat cirkelt op maximaal 258 mijl (416 km) hoogte in een baan rondom de aarde. Ondertussen is het dichtstbijzijnde bewoonde continent tot Point Nemo meer dan 1.670 mijlen (700km) daar vandaan.

Jeremy Pochman, medeoprichter en strategisch directeur van 11th Hour Racing, Founding Principal Partner van het Volvo Ocean Race Sustainability programma, zei: “We hebben de oceanen zo lang als onuitputtelijke bron gebruikt.”

“De data die we vanaf de boten krijgen, laten zien dat microplastics op de meest afgelegen plekken ter wereld worden gevonden. Dat is een duidelijk signaal dat al onze oceanen onder grote druk staan.”

“Dit is open-source data, dus beschikbaar voor het publiek. Het kan makkelijk worden aangewend om de gevaren van het gebruik van wegwerpplastic te benadrukken. Dat is één belofte in de conversatie over oplossingen in de richting van een circulaire economie.”

De informatie is afkomstig van het Volvo Ocean Race Science Programme, dat een elitair wetenschappelijk consortium bijeen heeft gebracht om gegevens vast te leggen die zullen bijdragen tot een beter begrip van de oceaan en het klimaat. Microplastics zijn vaak onzichtbaar voor het blote oog. Het kan duizenden jaren duren voordat ze zijn afgebroken. Door informatie over hun gradaties te verzamelen, helpt de missie wetenschappers bij het vergaren van inzicht in de schaal van plastic vervuiling en de impact daarvan op het mariene leven.

Stuart Templar, Directeur Duurzaamheid van Volvo Car Group, zei: “Volvo Cars is trots dat het dit innovatieve onderzoeksproject naar het mondiale probleem van zeevervuiling door plastic steunt. De recente data tonen aan dat menselijk gedrag impact heeft op de meest afgelegen zeeën. De tijd van niks doen is voorbij.”

Het Volvo Ocean Race Science Programme wordt gefinancierd door Volvo Cars, dat 100 euro doneert voor elke van de eerste 3.000 nieuw verkochte Volvo V90 Cross Country Volvo Ocean Race edition auto’s om het initiatief te steunen.

Het Science Programme is een partnership in samenwerking met 11th Hour Racing, de Mirpuri Foundation, en andere hoofdpartners, Volvo, AkzoNobel, Bluewater, Stena Recyclingen Ocean Family Foundation.